Het geheim van een goed gereden travers? De wijze waarop je het je paard aanleert. Plaats voor je gevoel de schouder van je paard naar buiten en dus niet met een zware buiten beenhulp de achterhand naar binnen. Dan zit je als ruiter vaak niet meer in balans. Je paard dient de mogelijkheid te krijgen om te leren zakken in de binnenheup. Lees meer over de positie en hulpen van de ruiter.
De hulpen van de travers:
- Bij de inzet; laat je binnenbeen langer worden door je knie als het ware te laten zakken. Je komt dan iets meer op je binnen zitbeenknobbel te zitten. Je paard kan zo om je binnenbeen buigen. Valkuil is op je buiten zitbeenknobbel zitten en/of je binnenbeen afsteken naar voren in plaats van op de singel houden.
- Bij het aanleren; plaats in de wending/hoek, vlak voordat je de traverslijn oprijdt, voor je gevoel de schouder naar buiten ten opzichte van de achterhand. Je binnenhand komt dus bij de schoft en je buitenhand er iets vanaf. Als dit lukt dan vraag je in de volgende fase stelling en buiging naar binnen erbij en leer je je paard zijn binnenheup te zakken.
- Je buitenbeen ligt vanuit de wending iets terug achter de singel en neemt de achterhand mee. Je duwt dus niet de achterhand naar binnen, maar neemt de achterhand mee! Je spoort aan op het moment dat je paard het buitenachterbeen optilt. Op het andere moment (wanneer het binnenachterbeen wordt opgetild) ontspan je je buitenbeen.
Als jij met kracht met je buitenbeen de achterhand naar binnen probeert te duwen ga je zelf te veel op de buitenkant zitten. Doordat je zo gaat zitten krijg je meer moeite om de stelling en lengtebuiging te behouden. Je binnenbeen is dan niet meer het punt waar omheen je paard zich kan buigen en je paard kan niet zakken in de binnenheup.
Meer weten?